Over spiegels, misplaatste verwijten en hoe we allemaal wel eens met onze innerlijke beamer rondlopen.
We maken het allemaal wel eens mee: iemand verwijt jou iets, en je denkt… huh? Maar dát doe jij toch juist? Grote kans dat je hier te maken hebt met projectie. Een fascinerend (en stiekem ook heel menselijk) psychologisch mechanisme, dat ons kan beschermen — maar ook flink in de weg kan zitten.
Laten we eens kijken wat projectie nou echt is, hoe het ontstaat, hoe we het herkennen (zowel bij onszelf als bij anderen), en wat je ermee kunt doen. Zonder oordeel. En met een vleugje humor.
Wat is projectie eigenlijk?
Projectie betekent dat je onbewust iets van jezelf – een gevoel, verlangen, eigenschap of overtuiging die je moeilijk kunt of wilt erkennen – toeschrijft aan een ander.
Zo hoef je dat lastige deel van jezelf niet onder ogen te komen.
Bijvoorbeeld:
- Je voelt ergens jaloezie, maar dat past niet in jouw zelfbeeld. Dus zeg je over een ander: “Pfff, die is echt jaloers op mij.”
- Je vindt het lastig om ruimte in te nemen. Dus noem je iemand die dat wel doet: “egoïstisch.”
Hoe ontstaat projectie?
Als kind leer je bepaalde emoties of gedragingen af omdat ze niet ‘oké’ waren in jouw omgeving. Denk aan boosheid, dominantie, speelsheid, kwetsbaarheid. Die delen verdwijnen niet — ze worden gewoon naar je schaduw verplaatst. En die schaduw… die wordt op anderen geprojecteerd.
Niet omdat we slechte mensen zijn, maar omdat we ooit bescherming nodig hadden. Projectie is in oorsprong een beschermmechanisme. Alleen: wat vroeger hielp, werkt nu vaak averechts.
Wanneer projectie verward wordt met communicatie
Tegenwoordig hoor je het overal: “Jij projecteert op mij.”
Maar vaak bedoelen mensen gewoon: “Jij zegt iets wat ik niet leuk vind.”
Een voorbeeldje:
- Zij: “Je komt steeds te laat, en dat vind ik lastig.”
- Hij: “Jij projecteert je controledrang op mij.”
- Zij: “Nee… ik vraag gewoon of je op tijd wilt komen.”
Niet alles is projectie. Soms zegt iemand gewoon iets.
Communicatie = iets zeggen.
Projectie = iets van jezelf niet willen aankijken en het bij een ander leggen.
“Als alles projectie is, blijft er weinig echt contact over. Dan zijn we alleen nog maar elkaars beamer.”
Of, iets venijniger: “Soms is iemand gewoon irritant. Niet alles hoeft een innerlijk kind-thema te zijn.”
De lagen van projectie: energetisch, relationeel en systemisch
Energetisch
Je voelt ineens iets op je drukken. Een onverklaarbaar schuldgevoel, een lading die niet van jou lijkt te zijn. Alsof er iets over je heen wordt geschoven dat je niet begrijpt.
“Waarom voel ik me ineens klein, onzeker, of schuldig na dit gesprek?”
Relationeel
De verbinding raakt vervormd. Jij wordt niet echt meer gezien zoals je bent, maar als het scherm waarop de ander iets projecteert. Dat kan een gevoel van vervreemding geven, en soms zelfs machteloosheid.
Systemisch
Hier wordt het vaak ongrijpbaar — maar ook extra interessant.
Soms is de projectie namelijk niet van de persoon zelf, maar een echo uit diens familiesysteem. De pijn of dynamiek van een ouder, grootouder of iemand die uitgesloten is uit het systeem, kan via projectie alsnog ‘gezien’ willen worden.
Bijvoorbeeld:
- Je partner projecteert op jou dat je ‘altijd dominant bent’, terwijl jij gewoon je mening geeft.
In opstellingen blijkt dan dat zijn moeder geen ruimte had naast een dominante vader — en die onbewuste spanning wordt nu bij jou neergelegd.
Systemisch werk laat ons zien: het is niet altijd jouw gedrag waar die reactie op komt, maar een oud verhaal dat opnieuw verteld wil worden.
Hoe kom je los van projectie (zonder je beschermdeel af te wijzen)?
Als je merkt dat je projecteert (of geraakt wordt door de projectie van een ander), wees mild.
Want het deel dat projecteert… bedoelt het goed. Het beschermde je ooit tegen pijn.
Wat helpt:
- Herken de trigger: “Wat gebeurt er in mij?”
- Stel jezelf vragen:
- “Ken ik dit in mezelf?”
- “Welk deel van mij voelt zich hier onveilig?”
- “Is dit van mij, of draag ik iets van de ander?”
- “Ken ik dit in mezelf?”
- Gebruik mildheid: spreek innerlijk tegen je beschermdeel:
“Dankjewel dat je me wilde beschermen. Ik zie je. Maar ik ben nu veilig.”
“Je kunt geen schaduw integreren die je nog steeds op de ander plakt.”
Laten we daarom vriendelijk zijn voor onze eigen schaduwkanten — en die van elkaar.
Tot slot
Projectie is geen fout. Het is een uitnodiging.
Een kans om iets ouds aan te kijken, iets terug te nemen, iets los te laten wat niet van jou is.
En soms?
Is iets gewoon een opmerking. Geen psychologisch drama. Geen diepe wond. Gewoon communicatie.
Daar mogen we ook om lachen.
Zie ook mijn andere blogartikelen voor vergelijkbare onderwerpen.
Literatuurlijst
- Jung, C.G. (1959). Aion: Researches into the Phenomenology of the Self. Princeton University Press.
- Zweig, C., & Abrams, J. (1991). Meeting the Shadow: The Hidden Power of the Dark Side of Human Nature. Tarcher.
- Hellinger, B. (2001). Beelden van de ziel: familieopstellingen in psychotherapie. Uitgeverij Altamira-Becht.
- Riso, D.R. & Hudson, R. (1999). The Wisdom of the Enneagram. Bantam.
Ford, D. (2010). The Dark Side of the Light Chasers. TarcherPerigee.