meisjes op social media

Waarom het scrollen pijn doet: het stille lijden van meisjes op hun telefoon

Leestijd: 3 minuten

We zien het steeds vaker: jonge meisjes die verloren lijken in hun telefoons. Ze scrollen, lachen even, scrollen verder. Soms met glanzende ogen. Soms met een frons. Soms in stilte, verzonken in een wereld waar alles mooier, dunner, leuker en perfecter lijkt.

En hoewel het misschien onschuldig lijkt — “ach, wij keken vroeger ook bladen” — is er iets fundamenteels veranderd. Het gaat hier niet meer om af en toe een plaatje bekijken. Het is een constante stroom van vergelijkingen, verwachtingen en vaak onzichtbare druk. En meisjes? Die blijken daar extra gevoelig voor.

Een groeiend probleem

Psycholoog Jonathan Haidt waarschuwt er al jaren voor. In zijn recente werk laat hij zien hoe het massale gebruik van sociale media, met name door meisjes tussen 10 en 17 jaar, samenvalt met een alarmerende stijging in angst, depressie en zelfbeschadiging (Haidt, 2024). Geen losse gevallen. Geen toeval. Maar een patroon dat wereldwijd zichtbaar wordt.

Waarom meisjes? Omdat zij — meer dan jongens — geneigd zijn zichzelf te spiegelen aan wat ze zien. En omdat sociale verbinding, uiterlijk en goedkeuring in deze levensfase een cruciale rol spelen.

Het vergelijken wordt vergif

Een kind van 11 dat zichzelf vergelijkt met een influencer van 19.
Een meisje van 13 dat denkt dat ze niet goed genoeg is omdat haar huid niet glad is of haar lichaam niet zo slank.
Een puber van 15 die bang is om iets te missen, terwijl ze eigenlijk vooral zichzelf kwijt is.

Sociale media zijn gebouwd op zichtbaarheid, likes, reacties. Op presteren. Op beter willen zijn. En dat vreet aan de kwetsbaarheid van wie nog moet ontdekken wie ze zijn, los van hoe ze overkomen.

Van zelfbeeld naar zelftwijfel

Wat we steeds vaker horen van jonge meisjes:

  • “Ik ben niet knap genoeg.”
  • “Iedereen lijkt gelukkiger dan ik.”
  • “Zij heeft 2000 volgers, ik maar 134.”
  • “Ik weet niet meer wie ik ben zonder mijn telefoon.”

Het zelfbeeld wordt gevormd via een filter. Letterlijk. En wat overblijft, is vaak zelftwijfel. Zelfs meisjes die ogenschijnlijk zelfverzekerd zijn, dragen innerlijk een druk die we niet altijd zien — totdat het misgaat.

Wat kunnen wij doen?

Niet met strengheid of angst. Maar met liefdevol bewustzijn. Hier zijn enkele stappen:

  • Normaliseer het gesprek. Maak sociale media bespreekbaar. Niet belerend, maar nieuwsgierig. Wat zien ze? Hoe voelen ze zich daarbij?
  • Help ze vergelijken met zichzelf. Niet met anderen. Vraag naar hun dromen, talenten, groei. Laat hun waarde losstaan van beeldvorming.
  • Creëer schermvrije ruimtes. Momenten van echte verbinding. Waar je elkaar echt ziet. In de ogen, niet via pixels.
  • Laat imperfectie zien. In jezelf. Laat merken dat het oké is om niet perfect te zijn. Dat kwetsbaarheid krachtig is.
  • Wees hun anker. Als ouder, stiefouder, begeleider, therapeut. Jij bent de veilige haven waar ze mogen landen, ook als ze zelf de weg kwijt zijn.

Een uitnodiging tot herverbinding

Wat als we onze kinderen — en vooral onze dochters — opnieuw leren dat ze goed zijn zoals ze zijn? Dat ze niet méér hoeven zijn dan wie ze al zijn?

Niet door alles te verbieden. Maar door bewuste keuzes te maken. Door hen te begeleiden in deze digitale wereld, zoals we ze ook leren fietsen of oversteken. Niet als controle, maar als bescherming. Niet uit angst, maar uit liefde.

In de praktijk betekent dat:

  • Niet meteen advies geven, maar écht luisteren.
  • Niet bagatelliseren wat ze voelen (“Dat hoort erbij op jouw leeftijd”), maar onderkennen wat er leeft.
  • Een meisje van 12 dat zegt dat ze zich lelijk voelt, heeft geen weerwoord nodig, maar een arm, een blik die zegt: “Ik hoor je. En ik blijf bij je.”
  • Het samen afbakenen van schermmomenten, niet als straf, maar als keuze voor rust en ruimte.
  • Aandacht geven aan het lijf, aan wat het kind voelt, niet alleen aan wat het doet.
  • Samen reflecteren: “Wat gebeurt er met jou als je een uur hebt gescrold? Wat voel je daarna in je lijf, in je hoofd?”

En ja, het vraagt tijd. Geduld. Aanwezigheid. Maar het is precies dat wat een kind leert: ik mag er zijn, ook als ik mezelf even kwijt ben.

Laten we het samen anders doen

Dit is geen taak voor ouders alleen. Dit raakt ons allemaal.

Scholen kunnen kinderen leren reflecteren op schermgebruik, op zelfbeeld, op sociale druk. Niet als een eenmalige les, maar als doorlopend gesprek.
Therapeuten en hulpverleners kunnen bewustzijn brengen over wat er zich afspeelt achter het scherm — en helpen terug te keren naar het lijf, naar verbinding.
De samenleving als geheel mag weer durven zeggen: “We willen dat onze kinderen zich vrij en veilig voelen — niet voortdurend bekeken en vergeleken.”

Het gaat niet alleen om schermtijd. Het gaat om zelfbeeld. Om verbondenheid. Om veiligheid.
Om kinderen — meisjes — die zichzelf weer mogen terugvinden. Niet op het scherm, maar in hun lijf. In hun eigen ogen. In wie ze echt zijn.


Literatuur

  • Haidt, J. (2024). The Anxious Generation: How the Great Rewiring of Childhood is Causing an Epidemic of Mental Illness. Penguin Press.
  • Twenge, J. M. (2017). iGen: Why Today’s Super-Connected Kids Are Growing Up Less Rebellious, More Tolerant, Less Happy–and Completely Unprepared for Adulthood. Atria Books.
  • Odgers, C. L., & Jensen, M. R. (2020). Annual Research Review: Adolescent mental health in the digital age: Facts, fears, and future directions. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 61(3), 336–348. https://doi.org/10.1111/jcpp.13190

Een reactie plaatsen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *